2019, Article / Letter to editor (Journal of Management & Organization, vol. 25, iss. 4, (2019), pp. 464-480)In this exploratory case study based on qualitative research, we explore the perspectives and experiences of autistic self-advocates in the Netherlands regarding autism, (self-)advocacy, and consumer-run organizations. The focus of our study is a consumer-run organization by and for adult Persons on the Autism Spectrum in the Netherlands: PAS-Nederland or PAS for short. Our analysis reveals four themes relevant to the acceptance and integration of adults with autism into society and work: (1) invisibility of autistic adults; (2) diversity of the autism spectrum; (3) autistic leadership; and (4) collaboration between people with and without autism. We discuss the practical implications of our findings for the inclusion of people with autism in work and society. Our study underscores the importance of putting autistic people at the center of decision-making processes and solutions aimed at improving their outcomes in society, in general, and in the workplace specifically.
2018, Article / Letter to editor (Kwalon: Tijdschrift voor Kwalitatief Onderzoek in Nederland, vol. 23, iss. 2 (juni), (2018), pp. 16-25)Samenwerken is een belangrijk onderdeel van het sociaal werk en manifesteert zich op verschillende niveaus, zoals met cliënten, collega’s en leidinggevenden. In de praktijk van sociaal werkers die werken met gezinnen met meervoudige en complexe problemen is behoefte aan inzicht in wat een sociaal werker doet (en nalaat!) om samenwerking te bevorderen en welke impact dat heeft op de ondersteuning aan een gezin. In dit artikel doen we verslag van een praktijkonderzoek waarin zes ambulant sociaal werkers die werken met genoemde gezinnen, intensief zijn gevolgd. Hierbij is gebruik gemaakt van beeldmateriaal en stimulated recall interviews om werkzame elementen in de samenwerking met deze gezinnen en andere betrokkenen zichtbaar en bespreekbaar te maken.
2018, Article / Letter to editor (Social Inclusion, vol. 6, iss. 4, (2018), pp. 149-157)The transition from higher education to the labour market is experienced as difficult by students with a disability. This gap between higher education and the labour market has tangible consequences for the participation of (young) people with a disability. Research shows that these students have a higher unemployment rate. This article addresses this gap by studying existing research data and by exploring experiences of students with a disability and other stakeholders as collected by the Dutch expert centre Handicap + Studie. We focus on the perspectives and responsibilities of the different parties involved: educational institutions, employers, municipalities, ministries and students with a disability. With this exercise, we want to contribute to putting this 'gap' and its stakeholders on the research agenda, arguing that more in-depth research on the transition from higher education to the labour market for students with a disability is needed. We will therefore conclude with themes that need to be researched in order to gain more knowledge for reducing the gap.
2018, Article / Letter to editor (Children and Youth Services Review, vol. 89, iss. June, (2018), pp. 171-178)A strong parent-professional alliance that increases over the course of care predicts positive outcomes of home-based parenting support. However, little is known about factors that influence the development or maintenance of the alliance in home-based parenting support, limiting professionals ability to optimize the parent-professional alliance and thereby the quality of care. Therefore, the present study examined whether voluntary versus mandated service involvement, previous involvement in similar services, parenting stress, child psychosocial problems, and care expectations were associated with early parent-professional alliance and predicted change in alliance during home-based parenting support services. Questionnaire data from 60 parents (M age?=?40.65?years, SD?=?6.81, range 23–55?years) and their professionals collected early and late in care were analyzed using structural equation modeling. Results indicated that previous involvement in similar services was related to lower levels of early parent-reported alliance, whereas positive care expectations were related to stronger early parent- and professional-reported alliances. Moreover, care expectations predicted change in professional-reported alliance during care, with positive parent expectations predicting a decrease and positive professional expectations predicting an increase in alliance. Voluntary versus mandated service involvement, parenting stress and child psychosocial problems were not found to influence the alliance. These findings emphasize the need for professionals to discuss previous service involvement and care expectations as well as a need for future studies to identify other factors that influence alliance and alliance-building skills.
2018, Article in monograph or in proceedings (Keynote at the Social Work Master Programs Summer School 2018, "Social work and cooperation: two of a kind?")
2018, Article / Letter to editor (Journal of Social Intervention : Theory and Practice, vol. 27, iss. 1, (2018), pp. 4-23)In zorg, welzijn en onderwijs hebben zich in de afgelopen jaren transities voorgedaan die van invloed zijn op jongeren die ondersteuning behoeven bij het succesvol doorlopen van hun schoolloopbaan en/of het vinden van passende arbeid. Waar deze jongeren eerst op speciale scholen en in beschermde werkomgevingen te vinden waren, worden zij nu geacht regulier onderwijs te volgen en de reguliere arbeidsmarkt te betreden. Hoe ervaren deze jongeren zelf de ondersteuning die ze ontvangen en wat verwachten zij van hun toekomst?
2018, Part of book or chapter of book (, pp. 67-84)Om de vraag te beantwoorden wat de capabilitybenadering het sociale domein te bieden heeft, kijken we naar de bruikbaarheid van de capabilitybenadering voor het brede werkveld van welzijn, samenleven en zorg. Aandachtsgebieden van de capabilitybenadering die bruikbaar zijn voor het werkveld zijn: (1) sterke relatie tussen individu en omgeving; (2) integrale benadering van menselijk functioneren; (3) nadruk op keuzemogelijkheden; en (4) de aandacht voor structurele patronen van sociale ongelijkheid. We bekijken het ook andersom: sociaalwerkpraktijken sluiten op verschillende manieren aan bij de capabilitybenadering. Zij proberen positieve vrijheid van individuen te faciliteren, werken aan thema’s als armoede, ongelijkheid en eenzaamheid, en maken veel gebruik van krachtgerichte benaderingen. Daarin staat het sociaal werk echter niet alleen. Het conceptueel kader dat de capabilitybenadering het sociale domein biedt staat een kritische blik toe op sociaal werk als middel naast andere disciplines waarin individuele kwaliteit van leven centraal staat.
2017, Article / Letter to editor (NTZ. Nederlands Tijdschrift voor de zorg aan mensen met verstandelijke beperkingen, vol. 43, (2017), pp. 177-194)Dit artikel beschrijft de resultaten van een onderzoek naar de samenwerking tussen onderzoekers met en zonder lichte verstandelijke beperkingen (LVB) gedurende de ontwikkeling van een spel over sociale relaties. Ondanks toenemende populariteit van inclusieve samenwerking, weten we nog onvoldoende wat goede inclusieve samenwerking kenmerkt (en wat niet) en wat het oplevert. In dit artikel beschrijven we het begrip betekenisvolle samenwerking vanuit de beleving van onderzoekers met en zonder LVB. Er is gebruik gemaakt van observaties, evaluaties en interviews. Uit de resultaten blijkt dat naast bekende aspecten zoals openheid en gelijkwaardigheid, elementen als samen ervaren, ondersteuning voor alle onderzoekers en oprecht contact cruciaal zijn voor betekenisvolle samenwerking.
2017, Article / Letter to editor (Vakblad Sociaal Werk, vol. 18, iss. 3, (2017), pp. 25-27)Wat weten we over het belang van een goede samenwerkingsrelatie tussen ouders en hulpverleners in de hulp aan jeugdigen, ouders en gezinnen? Om hier zicht op te krijgen verzamelden en analyseerden collega’s van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, de Radboud Universiteit, Praktikon en de Virginia Commonwealth University alle studies over dit thema. In dit artikel beschrijven de onderzoekers de belangrijkste bevindingen van deze overzichtsstudie om deze kennis toegankelijk te maken voor professionals in het sociaal werk.
2017, Article / Letter to editor (Journal of Child and Family Studies, vol. 26, iss. 4, (2017), pp. 961-976)This review systematically explored research examining the relation between parent-professional alliance and outcomes of psychosocial treatments provided to children, and their parents and families. Study findings and methodological characteristics were reviewed to investigate the evidence linking the alliance between parents and professionals to outcomes of child, parent, and family treatment as well as to identify factors that may influence the alliance-outcome association. A systematic review of the literature was conducted that included a search of three electronic databases using specified search terms, followed by a hand search to identify relevant studies. A total of 46 studies (37 published articles and 9 unpublished dissertations) met inclusion criteria. Overall, the findings indicated that higher levels of parent-professional alliance were significantly associated with improved clinical outcomes and stronger treatment engagement. However, some studies found that the parent-professional alliance was not significantly related to clinical outcomes or treatment engagement, and a few studies showed that higher levels of alliance were related to less positive clinical outcomes and lower levels of treatment engagement. Several theoretical (problem type, child age, parent sex) and methodological (source and timing of alliance measurement, alliance-outcome informants, outcome domain, timing of outcome measurement) factors were identified that could influence the alliance-outcome association. Together, our findings emphasize the importance of alliance awareness when working with parents as well as a need for future studies to investigate factors influencing the quality of the parent-professional alliance and alliance-outcome association in child, parent, and family treatment.
2015, Article / Letter to editor (Dialogue in Praxis, vol. 4 (17), iss. 1-2, (2015), pp. 28-29)This article introduces the concept of alliance in youth care. The concept of (therapeutic) alliance originates in adult psychotherapy and related research. Alliance refers to the working relationship between youth care workers and their clients. Within this concept, personal (emotional) and task related components can be discerned. The body of psychotherapy research suggests that a positive alliance is perhaps the most powerful predictor of a positive outcome of the collaboration between clients and care professionals. The question that arises there from is: does this also hold true for youth care? Firstly, this article provides a brief overview of alliance, based on the research in psychotherapy (where the concept was thoroughly analysed). Secondly the article gives an overview of alliance in youth care, researched by the Research Group for Key Factors in Youth Care. It is presented as a vital factor within the conceptual theoretical frame of the Integrative Change Factors (ICF) model for youth care. The concept of the ICF model is followed by a description of the development of the YCAS, an instrument to measure alliance in youth care. In conclusion the article reflects on goals for future research on the concept of alliance, aimed at assessing its importance for youth care provision and at providing professionals with valid tools to boost and uphold their alliance building and monitoring skills.
2014, Article / Letter to editor (Maatwerk, vol. 15, iss. 5, (2014), pp. 25-27)Hoe goed is de samenwerking tussen cliënten en hulpverleners? In Noord-Brabant werken twee organisaties voor jeugd- en opvoedhulp met een instrument waarmee ouders expliciet feedback kunnen geven op de alliantie met hun hulpverlener. Juist omdat daar niet vanzelfsprekend ruimte voor is.
2014, Article / Letter to editor (Jeugdenco, vol. 28, iss. 2, (2014), pp. 20-21)Hoe kunnen teams in de residentiële jeugdzorg een pedagogisch klimaat realiseren én behouden waarin kinderen zich positief kunnen ontwikkelen? Vijftien teams van jeugdzorgorganisaties Juzt en Maashorst onderzochten in de praktijk wat werkt.
2013, Article / Letter to editor (British Journal of Social Work, vol. 2013, iss. 43, (2013), pp. 1-18)The complexity of the daily practice of social workers in the Netherlands has increased, while the social appreciation for their work has decreased. Stakeholders involved in social work practice agreed that a masters programme for social workers could be an important step to improve the quality of social work and enhance the professionalisation of social workers. However, stakeholders disagreed considerably on the objectives of this new programme. Hence, there was no focus for the programme or for its evaluation. In order to assess the purpose and intended goals of the masters programme in social work, a retrospective plan evaluation was conducted, consisting of a document analysis and concept-mapping procedure with thirty-nine stakeholders. The study resulted in a consensus-based conceptual framework in which practice development is considered the key domain of the programme. Practice development seems to fit the open domain of social work and meets the various and often ambivalent demands on social workers and their profession. It is regarded as a method in which the social worker with a masters degree has a new role and position in the interplay between clients, stakeholders and professionals.
2013, Article / Letter to editor (Disability and Rehabilitation, vol. 35, iss. 10, (2013), pp. 809-818)Purpose: This study aims at a sociological understanding of the concept of (un)motivation in order to provide clues for improving vocational rehabilitation (VR) support. Method: (Un)motivation is understood as the product of the interaction between clients and professionals in an institutional context. To gain better understanding of this construction of (un)motivation, in depth-interviews are held with 14 VR professionals. Based on the stories professionals told about their professional practices, we analysed the ways in which they guide their clients during their VR path within the institutional context of the Dutch welfare state. Results: "The unmotivated client" is a judgment that arises in the interaction between professional and client if the institutional goals of VR are not achieved. Two work methods are distinguished in which this judgment takes shapes in various ways, namely "Professional as a Signpost" and "Professional as a Personal Guide". Conclusions: Professionals work in a dichotomous public accountability framework with a strong focus on labour participation. This causes professionals to look for ways out of VR paths in which labour participation is not achieved. The construction of "the unmotivated client" is such a way out. An alternative way out is to explicitly value clients' (intermediary) achievements.
2013, Article / Letter to editor (Social Science & Medicine, vol. 96, (2013), pp. 9-16)In 'active welfare states', labour participation is regarded essential for being part of and contributing to society. In the striving for an increase in labour participation of people who were considered (partly) disabled for work, not 'disabilities', but 'abilities' are put centre stage in vocational rehabilitation programmes. In this article we explore what this change in focus means in practice. We do this by investigating tensions experienced by participants of vocational rehabilitation practices that aim at facilitating return-to-work for people with disabilities. Our analysis derives from stories that clients and professionals told about daily experiences with disability, vocational rehabilitation and (labour) participation. These stories illustrate the logic embedded in vocational rehabilitation practices. Our analysis demonstrates that this logic, that focuses on will power, stable abilities and employability, hampers the realization of labour participation for a part of the population. We conclude that a logic of embodiment in which lived experiences of clients are acknowledged and in which it is explored what clients are concretely able to do in a specific context may be better equipped to facilitate return-to-work. (C) 2013 Elsevier Ltd. All rights reserved.
2012, Article / Letter to editor (Maatwerk, vol. 2012, iss. 5, (2012), pp. 18-20)Vroeger was autonomie verbonden met sociale rechtvaardigheid: in emancipatiebewegingen streed men immers voor vrijheid en beschikkingsrecht. Nu lijken het twee verschillende waardensystemen van waaruit het sociaal werk een andere opdracht krijgt. Een groep studenten van de master Social Work pleit voor verbinding. ‘Juist het sociaal werk is noodzakelijk voor burgerkracht.’ Dit artikel is het voortvloeisel van een discussie tijdens een les over beroepshouding en ethiek van de masteropleiding Social Work aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen.
2012, Article / Letter to editor (DISABILITY & SOCIETY, vol. 27, iss. 1, (2012), pp. 81-93)In western welfare states, labour participation is increasingly considered a vital aspect of taking part in society. Vocational rehabilitation programmes are intended to support people in the process of returning to work. These programmes pay much attention to the skills that clients need to develop in order to return to work. We argue, however, that vocational rehabilitation is more than the acquirement of skills, and that further attention should be paid to clients' 'identity work' processes. Based on 45 life-stories, we present an analysis of the identity work expressed by people with a work disability in the Netherlands. We describe 'separative', 'integrative', and 'pending' processes of identity work. The presented typology can help vocational rehabilitation professionals become more sensitive to clients' processes, and supports more inclusive vocational rehabilitation.
2012, Article / Letter to editor (Health Care Analysis, vol. 20, iss. 3, (2012), pp. 213-230)In vocational rehabilitation, empowerment is understood as the notion that people should make an active, autonomous choice to find their way back to the labour process. Following this line of reasoning, the concept of empowerment implicitly points to a specific kind of activation strategy, namely labour participation. This activation approach has received criticism for being paternalistic, disciplining and having a one-sided orientation on labour participation. Although we share this theoretical criticism, we want to go beyond it by paying attention to the practical consequences of understanding empowerment as an activation strategy. Inspired by the field of Science and Technology Studies, we will explore the meaning of empowerment and activation in concrete practices of vocational rehabilitation in the Netherlands. Our analysis is based on the narratives of people with a work disability about their lives and the vocational rehabilitation programmes they participated in. We present five illustrative cases that how empowerment is 'done' in the practice of vocational rehabilitation and its unintended effects. Our analysis demonstrates that activation strategies seem to be caught in a paradox: instead of including people in society, they have excluding consequences. Vocational rehabilitation professionals can go beyond this paradox by learning from the ways in which empowerment is 'done' by clients in vocational rehabilitation programmes.